1. Welke stelling is correct?
2. We hebben gezien dat psychische kwetsbaarheid een impact heeft op de drie grote aspecten van onze functioneren, de drie grote “G’s” ( gevoel, gedachten en gedrag), waardoor iemand in een vicieuze cirkel terecht kan komen. Probeer een voorbeeld te verzinnen van gevoelens, gedachten en gedragingen die samen een vicieuze cirkel kunnen veroorzaken:
Gevoelens:
Gedachten:
Gedrag:
3. Psychische kwetsbaarheid heeft een impact op onze hersenen. Hieronder zie je enkele stellingen over veranderingen in de hersenen wanneer er sprake is van psychische kwetsbaarheid. Welke stelling klopt niet?
Antwoorden
1. B
Stress is eigenlijk iets positief: het zorgt ervoor dat we in uitdagende situaties beter presteren en in bedreigende situaties kunnen overleven. Als we heel even boven onze stressgrens gaan, kan dat dus geen kwaad. Stress wordt pas een probleem wanneer het aanhoudend is. In dat geval zal onze weerbaarheid voor stress steeds kleiner en kleiner worden.
2. Voorbeelden:
Gevoel: verdriet, lusteloosheid
Gedachten: negatieve gedachten over zichzelf (“ik ben een nietsnut”, “ik val anderen lastig”)
Gedrag: minder initiatief nemen en zich terugtrekken
Gevoel: angst
Gedachten: doemscenario’s (“er zal iets heel erg gebeuren”)
Gedrag: vermijdingsgedrag
3. A
Psychische kwetsbaarheid zorgt voor veranderingen in de neurotransmitters, stofjes die zorgen voor de communicatie tussen onze hersencellen. Hierdoor wordt onze prefrontale cortex, de ‘manager’ van ons brein, minder actief. Dit heeft onder andere impact op onze aandacht en geheugen, die door deze veranderingen in het brein sterker gekleurd worden door negatieve emoties. Trauma kan er daarnaast voor zorgen dat het limbisch systeem, ons emotioneel brein, overalert wordt voor stress. Hierdoor raakt iemand sneller overspoeld door negatieve emoties. Psychische kwetsbaarheid gaat dus vaak gepaard met een te weinig actieve prefrontale cortex en een overactief limbisch systeem.